19 mei (zondag)
Het was een lange rit gisteren dus vandaag maar wat rustiger. Het weer is licht bewolkt en prima rijweer. We rijden naar Ammoudia waar we ook op de heenreis hebben gestaan. Plaats genoeg en ondanks dat het zondag is, vrij rustig. De vorige keer kwamen er veel bussen om naar de rivier de Acheron te gaan en wandelden over de pier. Het strand werd schoongemaakt met grote shovels, weer klaar voor de zomer. We gaan tussen de middag lekker eten in het restaurant aan de rivier, hier komen ook veel Grieken dus het zal er goed zijn. Het gaat hier steeds sterker ruiken naar olie die over de rivier naar zee wordt afgevoerd, jammer. Als we aan de dagelijkse borrel zitten komt de kelner van het restaurant lang op zijn brommertje en brengt ons later een flesje rosé, wat een lief gebaar!!!.
Gereden 83 km
20 mei
De stank van de olie werd steeds sterker en op het schoongemaakte strand spoelen bossen zeegras vol olie aan. We gaan verder, Albanië wacht op ons. In Igoumenitsa gaan we weer inslaan bij de Lidl en rijden dan naar Sagiada. Daar even gezocht naar een mooi plekje en dat ging goed lukken. Direct aan het strand op een grasveld, douche en kraan voor onze neus, wat wil je nog meer!!! Ja, de zon en die is er volop. Hier lopen geregeld grote kudde's schapen langs, we maken een praatje met de herder die uit Albanië komt. Ook zijn er geregeld loslopende koeien die blijkbaar hun eigen weg vinden. Er staan een paar campers en in de loop van de dag komen er wat bij, totaal zo'n 14 stuks. We kunnen nog heel lang buiten zitten, zo warm was het tot nu toe niet s' avonds. Er is een vuurplekje aan het strandje waar Rob later een vuurtje maakt. We zien de lichtjes op Korfoe aangaan, dat hier tegenover ligt. Een ideaal plekje en we besluiten nog er maar een dag aan vast te knopen.
Gereden 80 km
21 mei
Stralende dag en dan staan we op zo'n mooi plekje dus nog maar een dag extra in Griekenland. Het is rustig vandaag met de campers, we zien er minder dan gisteren voorbij rijden op de weg van en naar Albanië. De meeste campers zijn vertrokken van deze plek en er is slechts een busje bijgekomen. We brengen de dag door met luieren, van het uitzicht genieten en af en toe een verfrissende douche. Tussen de middag gaan de BBQ's aan en daarna uitbuiken. Wat kan een mens druk zijn. We lezen wat documentatie over Albanië en stippelen een voorlopige route uit. Allereerst gaan we baar Butrint, dat moet een mooie plek zijn met opgravingen. We gaan het zien.
22 mei
Rob is jarig vandaag en wordt 80!!! Er komen heel wat telefoontjes en app-jes binnen. Wij starten de motoren en zijn al snel bij de grens, er wordt even naar de papieren gekeken en we kunnen snel doorrijden. De navigatie stellen we in op Butrint en nemen dan waarschijnlijk toch een verkeerde afslag en komen op een landweggetje uit dat naar de middle of no where leidt. Bij een krakkemikkig huis vragen we de weg en inderdaad we zitten fout. Dus even terug en komen dan op de goeie weg die naar Butrint gaat. Ook niet echt een beste weg maar ons doel komt in zicht. Nu nog even de oversteek maken met een pontje dat wel uit de binnenlanden van Afrika lijkt geïmporteerd!!! Een soort houten vlot dat wordt voortgetrokken door twee kabels, maar de campers gaan erop en we komen heelhuids aan op de andere kant. Daar is een grote parkeerplaats en de entree naar de opgravingen van Butrint. Al sinds 167 voor Christus was hier een nederzetting met een welvarende handelsstad. Vanaf de 5e eeuw waren er invallen van de Vandalen en de Goten die veel verwoestingen aanrichten. Daarna kwam het onder Byzantijns gezag en werd christelijk tot in 1081 de Noormannen de stad veroverden en er werd geplunderd en brand gesticht. In 1386 veroverden de Venetianen de overblijfselen en verstevigden de stadsmuren en gebruikten de stad als overnachtingsplaats voor de handelaren die reisden tussen Venetië en de Levant. Regelmatig waren er kleine oorlogen met de Ottomanen, die het gebied veroverden en kwam het in 1797 in Turkse handen, die er een fort lieten aanleggen. In 1928 kreeg het opnieuw betekenis omdat Italiaanse archeologen het gebied ontdekten en aan de opgravingen begonnen die nog steeds voortduren. Sinds 1992 staat het op de werelderfgoed lijst van Unesco. ( Dank zij een artikel van Paul Wennekes in Camper reismagazine, waar we deze informatie vonden). Heel wat geschiedenis en prachtige restanten van het verleden. Zeer de moeite van het bezichtigen waard. We waren er al vroeg, voordat de grote toeristische stroom op gang kwam. Het ligt op een heuvel met prachtige bomen en rondom mooie vergezichten op het meer rondom Butrint. We gaan op zoek naar een camping in Ksamil en rijden door een rommelige stad vol restaurantjes, van de uitgezochte camping Paradise geen spoor dus even door en net buiten de stad vinden we camping Sunset, een prima plek, alles erop en er aan voor slechts 10 euro. We worden hartelijk begroet en zoeken een plekje, weer met een mooi uitzicht. Er is een restaurant bij en we gaan er lunchen. De kaart lijkt op de Griekse kaart maar het eten is totaal anders net als de wijn, die is hier heerlijk!!! Het is prachtig hier op de camping Sunset, de zonsondergang. Het is helder, dus we zien de zon mooi in de zee ondergaan.
23 mei
Het uur tijdsverschil met Griekenland is al goed te merken, we zijn vroeg wakker gemaakt door de zon en starten onze tocht richting Girokaster. Allereerst gaan we wat Lek's pinnen in Ksamil, euro's worden wel geaccepteerd maar voor kleine bedragen is het makkelijker wat Albanees geld te hebben. Het eerste stuk weg richting Sarande is goed en loopt langs de kust, dan via de SH99 naar Girokaster. Onderweg rijden we naar Syri i Kalter, waar de blauwe bron ligt, een bezienswaardigheid. De weg erheen is vol gaten en hobbels, maar er rijden ook grote bussen heen dus dat gaat ons ook lukken. Na zo'n 2 km zijn we bij de parkeerplaats en lopen naar de bron, het is er heel mooi, dicht begroeid met veel planten en bomen, het lijkt wel een jungle. Overal stromend water en na een kleine wandeling bereiken we de bron. We zijn niet de enigen, het is blijkbaar een geliefde plek voor een schoolreisje, bussen vol jongelui. We zien de bron, het water is kristal helder en mooi blauw van kleur. Het borrelt naar boven en de temperatuur van het water is contant 12 graden, wel is het verboden erin te baden. We genieten ervan en gaan weer de weg naar de camper om de route naar Girokaster voort te zetten. Dan begint het echt goed, een prachtige maar zeer bochtige weg door een schitterend berglandschap. Totaal verlaten met hier en daar een vrouwtje langs de weg die wat kersen verkopen. Na ruim 30 km kronkelen, haarspeldbochten, omhoog en omlaag, bereiken we de weg naar Girokaster, een mooie asfaltweg die door een groot dal loopt. Het is opvallend dat er zoveel geraamtes van bouwsels zijn, ook de verlaten brandstofstations zijn er volop. Daarnaast komen er, naarmate we de stad naderen, steeds meer moderne gebouwen en restaurants te voorschijn. De stad ligt mooi in het dal, omgeven door hoge bergen waar hier en daar nog sneeuw op ligt. Net buiten de stad vinden we de camping, een grote verrassing, we worden bijzonder hartelijk welkom geheten en men laat ons zien wat er allemaal is. Het zijn mooie plaatsen met elk een eigen kraan, elektra en afvalwater mogelijkheid. Ook is er een bar met koffie en drank, direct daarnaast is een fantastische sanitaire ruimte, mooie douches, wc's en alles is net nieuw en brandschoon. Bij onze vraag of er een taverna in de buurt is zegt de zoon van de eigenaar (die goed Engels spreekt) dat zijn moeder voor ons kan koken, een echte Albanese maaltijd. Vanavond gaan we daar voor. Als we de bezienswaardigheden in de stad willen bezoeken wordt aangeboden ons er met de auto heen te brengen. Het moet een mooie stad zijn, een van de oudste van Albanië. Gaan we morgen doen, nu is het te warm om in de stad te lopen. De maaltiijd was heerlijk, mamma had echt haar best gedaan, maar het was heel veel!! Allereerst een kippensoepje met citroen en op tafel kwam allerlei lekkers, salade, burek(bladerdeeg met kaas), gevulde aubergines uit de oven, zadziki, lapje gebraden rundvlees en brood. Erbij een heerlijke rode en witte wijn. Toe was er een ingemaakte appel in siroop met kruidnagel. Tot slot een kopje koffie. Eigenlijk teveel, een deel was over.
24 mei
We worden door Luca, de zoon van de eigenaar met de auto naar het centrum van Girokaster gebracht. Allereerst op zoek naar een nieuw geheugenkaartje voor Nick, dat al gauw was gevonden. Het is dan makkelijk als er iemand is die de weg weet. Hij zet ons af voor de toeristen informatie waar we wat documentatie ophalen. Te voet omhoog gelopen naar het kasteel/citadel dat erg doet denken aan de citadel in Aleppo. Het is een prachtig gebouw boven op een rots met een weids uitzicht over de oude stad. In de schemerduistere gaanderijen staan allerlei kanonnen opgesteld, vnl uit de 2e Wereldoorlog die destijds zijn buitgemaakt op de Italianen, Grieken en Duitsers. Aan de buitenzijde zijn allerlei bunkerachtige ruimtes waar de kogels werden opgeslagen en een groot terrein waar geregeld festivals worden gehouden. Ook zien we een klein huisje dat dienst doet als grafkelder met twee grafzerken van Baba's die vol liggen met bloemen en aan de buitenzijde van dat huisje branden permanent kaarsen. We lopen langzaam naar beneden langs het oude Girokaster en door de bazaar. Helaas is het wat rommelig, men is bezig de bestrating in oude ere te herstellen. Al lopend door het oude deel van de stad zien we mooie oude huizen en dat van de schrijver Ismail Kadare springt eruit. Hij heeft vele politie getinte boeken geschreven en is zelfs in 2005 genomineerd voor de Nobelprijs en heeft daarnaast vele literaire prijzen gewonnen. Een grootheid in Albanië. Nadat we door vele straatjes zijn afgedaald komen we in het modernere deel van Girokaster. We hebben dorst en trek en gaan een simpel hapje eten. Shish Kebab en Köfte, lekker wijntje erbij en we kunnen weer verder. We bellen onze “taxi” en Luca verschijnt snel en brengt ons weer naar de camping, wat een service. Later in de middag vallen er een paar flinke buien, verder was het goed weer.
25 mei
Nadat we hebben afgerekend, verlaten we al vroeg de camping. We krijgen allebei een flesje raki!!!
Dezelfde weg terug naar Sarande, een prachtige weg en bij Sarande nu rechtsaf richting Himare. Opnieuw een schitterende route waarbij we af en toe een klein dorpje doorrijden. Heel veel kuddes met geiten en schapen onderweg en ook vaak loslopende koeien en paardjes. Naarmate we Himare naderen wordt het uitzicht steeds mooier, mooie stranden liggen onderaan de weg en we arriveren in Himare bij camping Kranea, die we hadden uitgezocht. Helaas geen plaats hier, men verwacht een grote groep campers. Geen probleem, een klein stukje terug ligt camping Moskate aan hetzelfde mooie strand, met heel veel restaurantjes. We vinden een plekje en in de loop van de dag wordt het echt heel druk hier. Hutje bij Mutje, even wennen voor ons na al die ruimte in vrijheid in Griekenland. Vanavond gaan we een van de restaurantjes bezoeken.
Gereden 104 km
26 mei
Gisteren een lekker hapje, een beetje Grieks. Vanochtend op tijd vertrokken, de camping betaald en op weg naar de Llogarapas. De rit erheen was al indrukwekkend en dan begint het echt. Vanuit de verte zien we de weg kronkelen over de berg, veel haarspeldbochten en we beginnen er vol goede moed aan. Er is opvallend veel verkeer, misschien dat het een zondags uitstapje is? Het is redelijk goed te rijden, wel opletten op tegenliggers, soms flinke vrachtauto's die veel ruimte nodig hebben om de bochten te draaien. Bovenop de pas hebben we een mooi uitzicht, het is helaas een beetje heiig, dus mooie foto's maken zit er niet in. Het afdalen gaat door een heel ander gebied, het natuurpark Llogara, dat meer begroeid is en waar de weg wat minder kronkelt. Daar zijn ook veel cafe's en restaurants. Bij Orikum komen we weer aan de kust, het is hier behoorlijk toeristisch, langs de hele weg naar Vlore staan veel strandbars en er zijn mooie stranden, vandaar die drukte. Bij Vlore zijn we stomverbaasd, een zeer grote en moderne stad met luxe boulevards vol winkels en horeca. Vanaf Vlore begint de A2, een snelweg dat weer eens wat makkelijker rijdt. Voor Fier houdt deze weg weer op en rijden we opnieuw door een grote en moderne stad. Daarna weer een goede autoweg. Het is allemaal minder mooi dan de tocht door de pas maar wel eenvoudiger om te rijden.
Via Lushnje en Kavaje naar Durres. Daar gaan we even overleggen waar we kunnen gaan staan om te overnachten. Inmiddels is het al 1 uur geweest en de rij uren gaan tellen na zo'n vermoeiende rit,. Hier is niet zoveel, er zijn een paar campings aan de kust maar die zijn moeilijk te bereiken. We besluiten om verder te rijden, 40 km verderop kun je staan bij Hotel Europapark en inderdaad, een grote lege parkeerplaats bij het hotel. We stoppen en gaan een hapje eten maken op deze saaie plek.
Nu maar weer eens de blog publiceren.
Maak jouw eigen website met JouwWeb